Rode èn witte pompeblèdeUitgegeven op 08-08-2015 om 12:19 |
link |
bewaar |
printWESTERGEEST - Onze tiende vakantie op camping Hammerslag was anders dan de voorgaande keren. Jilles en Aaltje hebben plaats gemaakt voor Jan en Ymkje. En de camping? Daar is het nog altijd goed toeven voor vakantiegangers, die zoals wij van rust houden. En we hebben ontdekt, dat er niet alleen rode, maar ook witte pompeblède zijn!
We missen vooral de aanspraak van Jilles, die steevast iedere dag een praatje kwam maken. Hij heeft er toe bijgedragen, dat wij van Friesland zijn gaan houden. We zijn Jilles en Aaltje natuurlijk een avond op gaan zoeken in hun bed & breakvast Bij Dokkum (
www.bijdokkum.nl). Dat werd een latertje, want we hadden heel wat bij te praten.
Wat we zeker missen zijn de koeien of paarden, waar we altijd zicht op hadden. Nu zie je alleen nog een (aftands) hobbelpaard en af en toe boer Jan, die met zijn trekker het gras maait, schudt of oogst. De lege stallen, waar voorheen loeiende Lakenvelders met hun kalveren de aandacht trokken, nodigen evenmin uit tot een bezoekje.
Maar daar komt verandering in. Sinds een paar dagen nemen enkele kalveren een (bescheiden) plekje in. Wat opvalt zijn de (witte) pompeblède op de kop van deze onmiskenbaar Fryske koebeestjes. Wat echter nog meer opvalt zijn de (rode) pompeblède op de kop van Els. Na tien jaar is het mij eindelijk gelukt om ook haar outfit te verfriesen.
Ben ik straks misschien niet langer de enige Fryskofiel.
Ook het weiland komt plotseling tot leven. Het vee heeft plaats gemaakt voor Duitse kinderen, die in Nederland bij een gastgezin op vakantie zijn. Tijdens een dagje uit op de Hammerslag vermaken zij zich op de trampoline, een luchtkussen, de skelters en er is genoeg ruimte èn wind om te vliegeren. Het leek een beetje op kermis, die wij in Hippolytushoef weer eens gemist hebben. Inmiddels is de rust weer terug gekeerd en daar kwamen wij voor.
Vandaag nemen wij afscheid van Jilles, Aaltje en Fryslân met een Broodje Dokkum bij dochter Jojanneke. Volgend jaar komen we zeker terug met meer Fryskofiele verhalen . . .
Bert Loos