PROVINCIE ACTUALISEERT BELEID BODEMBESCHERMING
Uitgegeven op 14-01-2003 om 10:59  |  link  |  bewaar  |  print

Noord-Holland - De provincie Noord-Holland gaat op grond van het Provinciaal Milieubeleidsplan 2002-2006 het beleid voor bodembescherming actualiseren. Het aantal gebieden, beschermd in het streekplan, wordt van 218 tot 80 teruggebracht. De handhaving hierop wordt versterkt gericht op duurzame bescherming vanwege de (inter)nationaal bijzondere bodemwaarden. Van de 80 gebieden krijgen 16 toplocaties bovendien de status van provinciaal aardkundig monument. Dit betekent extra bescherming van de unieke aardkundige waarden.
In 1994 zijn 218 gebieden in Noord-Holland voor bescherming aangewezen. Dit worden er nu 80. Dit omdat van sommige gebieden de bodemwaarden aangetast zijn, andere samengevoegd en al beschermd zijn (bijv. door de Habitat-richtlijn). Voor de overblijvende 80 gebieden geldt dat de bodemwaarden zeldzaam zijn, niet alleen voor Noord-Holland maar ook vaak landelijk en internationaal. Zoals bijv. het natuurgebied Ilperveld of de polder De Ronde Hoep bij Ouderkerk.
De provincie regelt de bescherming via provinciale streekplannen. Dit zijn plannen met een juridische status en bepalend voor o.a. gemeentelijke bestemmingsplannen. Om maatschappelijk gewenste vormen van bodemgebruik niet te frustreren, komt er een bodemtoets om het medegebruik in goede banen te leiden. De provincie zal de handhaving hierop versterken.
Van de 80 gebieden krijgen er 16 extra bescherming wegens aardkundige waarden die (inter)-nationaal bijzonder of uniek zijn. Zoals bijvoorbeeld de kreekruggen in Westfriesland en de ruim 10.000 jaar oude pleistocene stuwwallen op Texel, Wieringen en in het Gooi, daterend uit de IJstijd. Naast bescherming in het streekplan krijgen deze gebieden ook de status van aardkundig monument via de provinciale milieuverordening. November vorig jaar werd het eerste aardkundig monument onthuld: de ruim 5.000 jaar oude strandwal bij Spaarnwoude, het laatste restant van de oudste strandwal van Nederland. De provincie zal jaarlijks tenminste één aardkundig monument onthullen.