Raad voor de Wadden steunt extra gaswinning
Uitgegeven op 14-04-2004 om 17:07  |  link  |  bewaar  |  print

DEN HAAG - Het adviesorgaan van de regering, de Raad voor de Wadden, laat op 14 april aan de Tweede Kamer weten voorstander te zijn van extra gaswinning in het Waddengebied. De raad stelt wel voorwaarden aan gaswinning. De NAM, een van de uit deskundigen samengestelde raad, zal duidelijk moeten maken dat de beoogde methode, gaswinning met de hand aan de gaskraan, werkt. De Commissie Meijer ging daar in haar rapport ook van uit.

Cazemier, voorzitter van de raad, stelt dat het om een voorlopig advies gaat, dat aanstaande maandag nog aan de orde komt op de eigen vergadering. Cazemier, tevens burgemeester van Dongeradeel, geeft aan dat de raad ervan overtuigd is dat gaswinning de aard van het natuurgebied niet zal verstoren. Het rapport van de Commissie Meijer ziet de raad als een mijlpaal in de discussie over waddenactiviteiten. Cazemier ziet het pleidooi voor extra investeringen als een positief aanknopingspunt.

Wat de schelpdiersector betreft ziet Cazemier vissers en natuurbeweging nog steeds lijnrecht tegenover elkaar staan terwijl het de bedoeling van de Commissie Meijer was dit soort patstellingen weg te nemen. De raad is geen voorstander van de huidige vorm van kokkelvisserij in de Waddenzee en heeft al eerder laten weten hier geen ruimte te zien.

De Commissie Meijer heeft de Raad voor de Wadden voorgedragen om het werk van de commissie voort te zetten en te proberen de gebruikers van het gebied en de natuurbeweging op een lijn te krijgen. Volgens Cazemier wil de raad dat wel maar zal het rijk dan de functie van de raad moeten wijzigen. De raad zou dan als platform moeten fungeren en niet als adviesorgaan. Het kabinet moet haar standpunt nog bepalen maar in de Tweede Kamer is een meerderheid voor extra gaswinning.

Ook het Friese provinciaal bestuur heeft inmiddels haar standpunt over de gaswinning bepaald, maar wil dit nog niet toelichten vanwege een aantal belangrijke details die nog in een brief aan de statenfracties moeten worden vastgelegd.