Natuurnieuws: Velden vol Pinksterbloemen met PaasUitgegeven op 25-04-2011 om 09:58 |
link |
bewaar |
printWIERINGEN - Wie met dit mooie weer over West-Wieringen rijdt kan het haast niet zijn ontgaan. Waar een maand geleden het land "greppel-plasdras" werd gezet in de Normerpolder op het bedrijf van Jan Mulder, is nu een geweldige bloemenzee ontstaan, mede door het extensieve graslandbeheer.
Kruidenrijke graslanden zijn zo langzamerhand in Nederland een zeldzaamheid geworden. Op Wieringen zijn pinksterbloemen vooral te vinden in de terreinen van Staatsbosbeheer, of in graslanden waar minder (kunst)mest op komt.
Deze weilanden hebben een veel hogere biodiversiteitswaarde. Het wemelt er van de insecten en ze herbergen doorgaans meer, en meer soorten, vogels.
De rotganzen waren vanmorgen vroeg met de optrekkende mist te vinden aan de Noordburendwarsweg. Het puntje van de kerktoren van Hippolytushoef als baken op de achtergrond. Ze vertrekken pas over een maand naar hun broedgebieden in Siberië. Om de 4.500 lange etappe naar het hoge noorden te kunnen volbrengen, eten ze zich de komende maand een slag in de rondte van eiwitrijk gras in weilanden en op kwelders. Daarvoor nemen ze in gewicht ongeveer een pond toe, van 1.300 naar 1.800 gram. Het vet wordt vooral opgeslagen aan de achterkant van de buik, tussen poten en staart. Vlak voor hun vertrek, zo rond 20 mei, hebben ze dus onwijs 'dikke konten' en zakt de buik tot over hun knieën. Nu zie je ook regelmatig rotganzen achter elkaar aanzitten. De paarvorming gebeurt hier, want in Siberië hebben ze daar geen tijd voor. Ze hebben 120 dagen de tijd om een nest te maken, eieren te leggen, een maand broeden en de jongen helpen opgroeien. Dat kan in 110 dagen als alles meezit, er is dus weinig speling. Als ze daar aankomen is het afwachten hoeveel sneeuw en ijs er nog is. Is het voorjaar vroeg dan heb je meer tijd, maar dat weet je niet als je hier vertrekt... Kom je als rotgans terplekke en alles is nog sneeuw en ijs, dan moet je interen op je meegebrachte vetreserves.
Meestal wordt het dan een minder goed broedseizoen.