Memo LADA inzake declaratiegedrag burgemeester Jaap NawijnUitgegeven op 21-01-2014 om 11:45 |
link |
bewaar |
printHOLLANDS KROON - De redactie ontving onderstaande memo van LADA. Hierin stelt Lada de oorzaken en de mogelijke oplossingen om in de toekomst niet meer voor deze problemen te staan. Uiteraard is de inhoud van deze memo ter verantwoording van de inzender, de fractie Lada.
MEMO inzake declaratiegedrag burgemeester
Het declaratiegedrag heeft de gemoederen de afgelopen weken flink beziggehouden. Zorg en verontwaardiging bij burgers overheerst, nog steeds. De meeste partijen hebben wel een pleidooi gehouden voor soberheid. Vraag is: blijft het daarbij? Wat LADA betreft niet. Hollands Kroon moet vooruit, als het kan met Jaap Nawijn en liefst op een goede wijze. Hoe sluiten we de zaak goed af en leren we voor de toekomst? Zijn er maatregelen nodig voor de toekomst?
Naar een plan van aanpak:
Samenwerking is gebaseerd op vertrouwen. Nu er foutief advies is ingewonnen en er onterecht is gedeclareerd is dat vertrouwen geschaad. Met het terugstorten is die fout erkend. Imagoschade voor bestuur en politiek nog niet. Herstel kent meerdere sporen die alle bewandeld moeten worden:
Spoor 1: Alle feiten controleerbaar op tafel.
Spoor 2: Splitsing van rechtmatige en onrechtmatige declaraties.
Spoor 3: De morele discussie en het belang van soberheid. Voor alle duidelijkheid: Dit is een politieke discussie. Het betreft alle burgers in alle rollen die zij vervullen. Politieke verontwaardiging moet uitmonden in een politieke daad.
Spoor 4: De (on)redelijkheid van regelgeving. Hier zitten VVD en PvdA in Den Haag aan de knoppen.
Voor wie is een rol weggelegd en waarover?
1: De burgemeester zelf. Zodra alle feiten controleerbaar binnen zijn en verder in orde bevonden, kan over afsluiten gesproken worden. Het gaat dan primair over vastgestelde onregelmatigheden. De burgemeester gaat over zijn eigen verklaringen, maar een excuus zou niet misstaan.
2: De lokale politiek moet een oordeel uitspreken over de vraag of sprake is van een incident of dat er meer aan de hand is. Cultuur en organisatie zijn aandachtspunten.
3: De auditcommissie en de toetsingscommissie lijken kandidaat om hier onderzoek naar te doen vanwege de financiële expertise. Het onderwerp maakt dat de onafhankelijkheid in het geding is. Daarom nu niet geschikt. Als opdrachtgever is zij wel geschikt.
4: De accountant. Hier zit de meeste professionaliteit. Op de agenda van 22 januari a.s. komt de auditcommissie bij elkaar en staat de behandeling van de Management Letter op de agenda. Ook het management reageert op de brief. In dit verband het volgende:
Deloitte stelt o.a. vast:
Bijlage 2: “Uit onderzoek blijkt dat het management in theorie in de positie verkeert om fraude te plegen. Het college is primair verantwoordelijk voor het vermijden en ontdekken van fraude”. Vraag daarbij is altijd: en wie controleert de controleur(s)?
Bijlage 3: Detailbevindingen:
“Salarissen en declaraties zijn een vast onderdeel in de controle-aanpak”. Diverse bevindingen krijgen een verbeteradvies, zo kunnen we lezen.
In de reactie van het management wordt uitgelegd hoe de kernwaarden van Hollands Koon worden vertaald. O.a. Hollands Kroon gaat uit van “vertrouwen, tenzij”. De accountant gaat uit van “menselijke fouten”. Met de declaraties is dit laatste zeker aan de orde. “Regelarm werken en denken in kansen”, de denkwijze van het management, is hier nu ondergeschikt. Daarom;
Het verzoek aan de auditcommissie om de volgende opdracht te verstrekken:
1: Draag de accountant op om op de kortst mogelijke termijn onderzoek te doen naar de declaraties van de burgemeester.
2: Vraag een beoordeling naar de eenduidigheid van de regelgeving.
3: Vraag een beoordeling van de deskundigheid van de adviesinstantie die het foutieve advies heeft verstrekt en naar de kosten van dat advies.
4: Vraag een beoordeling van de procedure die wordt gehanteerd.
5: Vraag een verslag van de bevindingen en een verbeterplan.
De vraag is om snel, goed en vooral openbaar de zaak verder af te handelen. De morele en politieke vragen (spoor 3 en 4) kunnen we als raad zelf aan. Deze declaratiezaak past in een lange reeks gebeurtenissen waar onze samenleving dagelijks mee te maken heeft.
“Er is nog een hoop werk dat op ons wacht”
Rob Ravensteijn, LADA (Democratie Anders)